Me Too

De schaamte voorbij

Ik was 16 en een week op zomerkamp. Het was een fijne periode van mijn jeugd, die vreselijke MAVO was voorbij en ik had weer vriendinnen op de HAVO. Ik voelde me vrij, blij en was vooral bleu. Vriendjes had ik nog niet gehad en had ik ook nog nooit naar omgekeken, boeide me niet. Überhaupt zei seksualiteit me niets, behalve wat ik op school had geleerd, het technische deel. Maar dat zomerkamp bracht er verandering in.

De vriendin die ik daar had was al een stukje meer ervaren op gebied van sjansen en ik keek dat naarstig af. Me opmaken met oogpotlood en mascara, zelfs wat lippenstift. Een korte broek en een hemdje, schouderbandje laten zakken, lange oorbellen en maar flirten met de leiding. Want er zat wel een knappe begeleider bij, we hadden onze ogen niet in onze zakken zitten. Dus konden we ons geflirt oefenen, maakte grapjes en gewiekste, dubbelzinnige opmerkingen en werden gezien.

De laatste avond van het kamp was een eindfeest en het kwam het er zo van dat ik me afzonderde van de groep en samen was met die begeleider. Mijn geflirt had haar werk gedaan en ik voelde me trots dat het was gelukt en gevleid dat ik zijn aandacht kreeg. Ik vond het super spannend want zoiets had ik nog nooit bij de hand gehad en hij was al wat ouder en zo knap en zo super lief. Na wat praten nam hij me mee naar binnen. Ik kan me de locatie niet meer voor de geest halen maar het was vrij donker en er was een bank. Daar lag ik in zijn armen, met mijn hoofd op zijn borst, ik tintelde van spanning. Wilde ik dit wel? Mocht dit wel? Ik wilde dit wel ervaren maar toch ook weer niet.

Hij vroeg of hij mijn broek mocht losmaken en ik knikte ja, te onzeker om wat ik voelde. Wilde ik het nou wel of niet? Langzaam maakte hij mijn broek los en kroop zijn hand naar beneden. Nog meer spanning en sensatie, maar ook de weerstand in mijn brein nam toe, alarmbellen gingen af. Mag/kan dit wel? Toen vroeg hij of ik dat ook bij hem wilde doen. Weer kon ik niet weigeren en ik maakte zijn broek los. Maar op het moment dat ik zijn geslacht voelde gingen de alarmbellen zo hard af dat ik mijn hand terug trok en zei dat ik dat niet wilde. Hij vroeg of ik het wel fijn vond als hij door ging. Maar voor mij was het al helemaal klaar. Ik stond op en zei dat ik moe was en naar bed ging. Ik vluchtte weg.

Ik schaamde me kapot dat ik was weggelopen, want hij was alleen maar aardig en lief geweest. Wat zou hij wel niet van me denken? Ik had zijn vriendelijkheid niet beantwoord, ik was stom en een klein kind. De volgende ochtend kon ik hem niet aankijken van schaamte. Het was voorbij. Na dat zomerkamp bleef ik nog lang denken over wat er was gebeurt maar ik durfde het aan niemand te vertellen hoe bang en preuts ik was geweest.

Het jaar daarop was ik 17 en weer op zomerkamp en weer was dezelfde begeleider er. Ik was wel over het incident heen, dacht ik, tot ik merkte dat zijn zoon ook op zomerkamp was. Was hij al zo oud? Maar als hij met mij had aangepapt, dan zal hij dat ook wel met andere naïeve meisjes doen, en misschien al jaren. En toen voelde ik me opeens misbruikt en boos en schaamde ik me dat ik me dat had laten gebeuren. Om hem te laten zien dat hij niets voor me betekende, een soort kinderlijke manier van wraak, papte ik aan met de kok van het zomerkamp een lieve jongen van 19.

Die zomer had ik nog drie keer dat ik een jongen aardig vond, dacht dat ik verliefd was, en dat het er op uitdraaide dat ze me wilden zoenen, aan mijn borsten zitten en in mijn broek graaien en wilden dat ik dat ook bij hun deed. Maar ik vond dat weerzinwekkend. Ik wilde gewoon vriendschap en vond dat gelebber en gegraai niet fijn. Ik concludeerde dat mannen/jongens altijd meer willen dan ik en bouwde een scherm op van stoerheid, minachting en cynisme ter verdediging.

Ik wil wel aandacht, hunker naar aandacht, maar dan een beetje op afstand en rustig aan AUB. Anderhalf jaar later kreeg ik verkering met mijn huidige man. Hij had me een brief geschreven na mijn afstandelijke gedrag op een feestje: dat ik de tijd moest nemen, en dat hij van me hield. Hij werd en is nog steeds mijn beschermengel. Door hem kon ik weer normaal met andere jongens/mannen omgaan. Ik kon altijd zeggen dat ik verkering had, verloofd was, getrouwd was, als bescherming tegen opdringerig gedrag, een nieuw type scherm zonder negatieve bijsmaak.

En toch bleef die eerst foute seksuele ervaring doorwerken. Steeds als iemand me benaderde en aardig tegen me was dacht ik weer, “ja, en wat moet je écht van me?” wantrouwend tot de dag van vandaag. Ik heb het incident nog nooit aan iemand vertelt, tot vandaag.

Nu ben ik er klaar mee, ik schaam me er niet meer voor, het is me overkomen, het was niet mijn schuld. Ik ben een sterke vrouw van 55 en ik ben trots op wie ik ben en laat me niet meer overrompelen als een tiener. Wel ben ik nog steeds woedend, niet meer op mezelf, maar op die begeleider van dat zomerkamp. Ik kan en wil nu erkennen dat ik ben aangerand op 16 jarige leeftijd. Ja, ik lokte hem uit, maar dat geeft hem niet het recht daar misbruik van te maken. Hij was toen notabene getrouwd en een jaar of 35, hij had met z’n fikken van me af moeten blijven en me lachend terug moeten sturen naar dat eindfeest. Desnoods met: “Ach meisje, zoek iemand van je eigen leeftijd.” Dan was ik waarschijnlijk beledigd geweest, maar dat is altijd beter dan die jarenlange schaamte.

Het afbouwen van die woede is de volgende stap, ook dat gaat me lukken. En dan is het voorbij.

Hoe ik autist werd

Hoe de weg naar de diagnose ASS is verlopen

Het was december 2014, ik was voor de tweede keer burn-out. Het werk wat ik deed was te zwaar, ik was lead-auditor voor ISO certificeringssystemen. Dat houdt in elke dag naar nieuwe bedrijven gaan om te controleren of men voldoet aan de ISO-norm. Elke dag met de auto lange reistijd in de spits, elke dag nieuwe mensen ontmoeten, het bedrijf doorgaan en diverse mensen, van loonslaaf tot CEO, interviewen. En dan, aan het eind van de dag, eerst mondeling rapporteren en later een verslag indienen. Aangezien ik heel goed kan observeren en analyseren vond ik altijd wel iets wat niet voldeed en het melden van dat “slechte” nieuws vond ik vreselijk. Ik deed het werk al 5 jaar en was al een jaar uitgevallen door een burn-out met depressie. Ik werkte van huis uit en zag nauwelijks collega’s om mee te sparren, ik voelde me alleen.

We gingen bij vrienden op visite die een dochter met autisme hadden. Het boeide me wel en thuis ging ik googelen naar autisme en vond de site Vrouwen met autisme met daarop een vragenlijst. Het waren 100 vragen over hoe je je gedraagt in sommige situaties en ik vond het makkelijk om in te vullen (dit is de moderne versie). Het resultaat voor mij verrassend:

De score is 87 punten. Deze score valt in de categorie 70 t/m 100 punten. Dit betekent dat je veel overeenkomsten hebt met vrouwen die gediagnosticeerd zijn met een ASS.

De gemiddelde score van vrouwen met een autismespectrumstoornis is 86,9 en de gemiddelde score van vrouwen zonder een autismespectrumstoornis is 21,3.

Er gaat een lichtje bij me branden, ik zoek verder op internet en vind het Leo Kannerhuis in Amsterdam die gespecialiseerd is in autisme en een diagnosetest kan doen en ik maak direct een afspraak met de huisarts. De huisarts hoort mij aan en weet dat ik veel opzoek en vaak een juiste diagnose stel dus vond het prima om een verwijzing te schrijven voor het Leo Kannerhuis. Op woensdag 25 februari 2015 heb ik een intakegesprek.

Dagboek:
Om 10 voor 11 zit ik bij het dr. Leo Kannerhuis in zuidoost in de wachtkamer, wat een gore koffie. De andere cliënten vertonen zichtbaar autistisch gedrag: niet aankijken bv. Om 5 over 11 word ik opgehaald door dr. L. en zoeken naar een lege kamer. Dan legt ze uit hoe dit gesprek zal verlopen en hoe het traject verder gaat. Ze is heel open en makkelijk te benaderen. Volgens het bordje op de deur is ze gedragstherapeut. Ze vraagt de juiste dingen en luistert goed en vraagt goed door. Ik kan mijn verhaal kwijt en ze schrijft alles op. Ze werkt een vragenlijst af over gedrag: angst, achtervolging, zelfmoord, groepen, drinken etc. Ik had wat extra dingen meegenomen, de 100 vragenlijst van ASS-vrouwen met voorbeelden, daar was ze heel blij mee. Een assessment  uit 2008, een brief uit 2003, een beoordeling uit 2003 n.a.v. mijn RSI, met daarin aanwijzingen naar autisme. Ze kopieert alles voor het dossier. En dan is het alweer voorbij. Ik heb papa’s telefoonnummer doorgegeven voor een afspraak over mijn jeugd, daar mag ik bij zijn als ik en hij dat wil.

Maandag 9 maart is dat gesprek met mijn vader, waar ik inderdaad bij blijf. Hij doet zijn best de vragen te beantwoorden, maar hij was natuurlijk niet zo vaak thuis. Mama zorgde voor de structuur, rust, reinheid en regelmaat in het gezin. De dagen daarna slaap ik slecht, hoe toon ik aan dat ik autisme heb? Ik schrijf in mijn dagboek bladzijden vol met kenmerken die mijn autisme bewijzen, maar is dat voldoende? Ik slik inmiddels oxazepam voor de rust.

Woensdag 11 maart 2015 is de grote dag des oordeels. Lam ter slachtbank, zo voelt het. De beoordeling door de psychiater. Alle vorige  psychiaters/ psychologen begrepen mij niet en ik begreep ze niet/ vertrouwde ze niet, ze vroegen steeds de verkeerde dingen. Maar dit gesprek loopt goed, de vragenlijsten die ik heb ingevuld kan ik verduidelijken en alles wat ik de afgelopen dagen heb opgeschreven komt aan bod. Ik heb goede hoop.

Op maandag 30 maart 2015 om 1 uur komt het verlossende woord.

Hoog functionerend klassiek autisme, ze waren het er snel over eens. Wat een opluchting. “Gelukkig ben ik toch niet gek aan het worden”. Die hoorden ze meestal omgekeerd. Maar ik ben écht blij met de officiële diagnose. Ik krijg nog wat uitleg en het verslag mee om even door te nemen. Voor volgende week een afspraak samen met Jasper om de impact te bespreken. Ze nemen ook contact op met de verpleegkundige over de verdeling van taken in de begeleiding. Thuis ben ik helemaal beduusd. Ik bel iedereen die van dit traject af wist. Zet het op Facebook en meld me aan voor een besloten groep voor mensen met autisme. Ook meld ik me aan bij Voorzet voor hulp bij re-integratie en jobcoaching. Als Jasper thuis komt trekken we een fles bubbels open op de goede afloop.

Op mijn 50ste weet ik eindelijk wat me mijn hele leven heeft gemankeerd, waarom in anders ben, dingen anders zie, hoor, voel, beleef. Waarom ik altijd moet zoeken naar woorden, nooit met gemak een gesprek kan voeren. Ik heb ASS. Nu komt het verwerken en accepteren dat ik ‘gewoon’ niet alles kan wat ik dacht dat ik zou moeten kunnen.