Fanatieke Pokémon trainer

Hoe een spelletje Pokémon Go feilloos mijn krachten en zwakheden blootlegt. Ik kom er achter wat voor soort werk ik nodig heb om lekker aan de gang te gaan.

Ik wil weer aan het werk, maar weet niet wat ik kan en wil na 30 jaar werkervaring met daarin vijf keer een jaar ziek thuis. Die burn-out en/of depressie bleek na mijn ASS diagnose te verklaren als chronische levensstress. Het belangrijkste is het voorkomen dat ik weer ziek word. De banen in mijn vakgebied en op mijn HBO niveau hebben allemaal management taken die ik niet aan kan. Van de (MBO) functies waarvan ik wel denk dat ik ze aan kan wordt meestal 40 uur per week en/of onregelmatige diensten geëist wat ik ook niet aan kan, bovendien heb daarin geen ervaring blijkt uit de afwijzingen. Wat dan wel?

Na ruim twee jaar ben ik weer begonnen met Pokémon Go. Mijn primaire account bestond nog: Pikalinaweer van het blauwe team (trainer code 9154 1174 1566). Ook mijn tegen-account was er nog, al moest ik even zoeken onder welk e-mail adres ik die had verstopt. Nindoniels (trainer code 8898 2365 1150) van het gele team is dus ook weer in de lucht én ik ontdekte nog een tweede blauwe trainer. Dus ik was weer direct op stoom met drie accounts waarmee ik dagelijks zeker drie (tot zes) uur aan het spelen was. Door die drie accounts kan ik Pokémon ruilen, cadeautjes uitwisselen en battelen en vooral winnen in Gyms. Om alle eieren uit te broeden en mijn buddy te laten groeien loop ik heel wat kilometers.

Ik vind het hartstikke leuk (oh, allemaal nieuwe Pokémon! en Team Rocket is er nu ook bij) en ben loei-fanatiek (maximum punten per dag halen en alles vangen wat ik zie). Jasper vond het destijds niet leuk dat ik Pokémon Go speelde. Tijdens onze fietsvakantie in Slovenië wilde ik in elk dorp naar de kerk om daar in Gyms te battelen en Pokéstops te draaien. Ik kan me wel voorstellen dat zoiets irritant is, maar als ik daar nou lol in heb? Dus toen ik weer begon deed ik het eerst stiekem. Ik dacht dat Jasper het niet merkte, maar ik werd een beetje schichtig en heb hem vertelt dat ik weer was begonnen. Toen kreeg ik het gevoel dat hij het afkeurt elke keer als ik mijn mobiel pakte of een ommetje ging lopen. Ik heb het Jasper gevraagd en het enige waar hij bang voor is dat ik zó geobsedeerd raak dat ik onbereikbaar wordt, en dat had hij wel al gemerkt de afgelopen dagen, ik verdwijn achter een scherm. Natuurlijk heeft hij gelijk, hij heeft altijd gelijk met dit soort dingen waarbij ik zelf niet merk hoe ik me in iets vastbijt.

Waarom dat vastbijten? Ik voer graag opdrachten uit en Pokémon Go bestaat uit alleen maar opdrachten: “earn 5 harts with your buddy”, ‘throw five great balls in a row” etc. Daarnaast loop ik twee jaar achter en zijn er tientallen nieuwe, mij onbekende Pokémon in het spel die ik allemaal wil vangen én uitbroeden én evolueren natuurlijk, want ik ben pas tevreden als de verzameling compleet is.

Waarom die verzamelwoede, op het obsessieve af. Ik merk dat ik niet kan stoppen en blijf maar doorgaan, ik moet en zal nóg een Pokémon vangen om de series compleet te krijgen. Als ik niet speel denk ik aan wat ik nog moet doen en tijdens een ‘gewoon’ ommetje in de buurt ben ik me sterk bewust van elke Pokéstop en Gym. Dat is waarschijnlijk een uiting van mijn autisme. Het is dus van belang dat de hoeveelheid opdrachten beperkt is en dat ik ze af kan ronden zodat ik kan stoppen en tot rust komen. Inmiddels zijn mijn Pokéballen en bessen bijna op en kan ik niet meer zo veel Pokémon vangen waardoor ik wat rustiger word. Daarnaast heb ik twee andere leuke dingen waar ik tijd aan wil besteden.

Wat kan ik leren uit dit verhaal over Pokémon Go? Dat werk geschikt voor mij is als het duidelijke opdrachten bevat mét een duidelijk eindpunt. Jasper benoemde dat Agile werken ideaal voor mij zou zijn: sprints van twee weken waarbij je opdrachten krijgt waarvan bekend is dat je die kan afkrijgen. Het werk kan bestaan uit verzamelen, ordenen, overzichtelijk maken. Het is ook belangrijk dat er iets nieuws te ontdekken valt en wat uitdaging is, maar vooral niet te veel tegelijkertijd.

Die beschrijving klinkt als mijn eerste en allerleukste baan: research analist. Daarover later meer, voorlopig ben ik nog even een fanatieke Pokémon trainer.

Gevoelens | 4 |

In mijn vorige blog schreef ik over de gevoelens die zich op mijn 50ste in mijn lijf ophopen omdat ik niet toe wilde geven aan mijn angst. Over de schreeuw van pijn die mijn lijf af moest geven om me te laten weten dat ik ver over mijn eigen grenzen aan het walsen was. En hoe ik er eindelijk achter kwam dat ik ASS heb. Mijn gevoel krijgt een gezicht.

Van vier naar zes, naar 36 en nog meer emoties

Na de diagnose ASS volgde ik psycho-educatie bij Het Leo Kannerhuis om mijn ASS te onderzoeken. Waar zitten mijn zwakke maar vooral ook sterke punten. Een paar van mijn sterkste punten zijn onderzoek doen, analyseren, doorzettingsvermogen en leren. Dat kan ik dus goed inzetten. Ik zoek ook veel op internet en bespreek mijn bevindingen met de therapeute. Mijn grootste valkuil is me begraven in werk om mijn emoties niet te hoeven voelen.

De therapeute hielp me ook om inzicht te krijgen waarom ik steeds weer in een burn-out en depressie beland. Ik krop mijn emoties op, ik uit ze nog steeds niet en moet leren ze te benoemen. Zij deelde de emoties op in drie kleuren:

  • Blauw is neutraal en ontspannen
  • Rood is negatief gevoel en kost energie
  • Groen is positief gevoel en geeft energie

De opdracht was om elke avond mijn dag een kleur te geven. Dat vond ik heel moeilijk omdat binnen een dag mijn emotie al fluctueert en ik soms niet wist welke kleur mijn gevoel/emotie had.

Inmiddels had ik ook op internet het emotiewiel gevonden met zes basisemoties die weer zijn onderverdeeld in zes emoties met toelichting, zie het plaatje boven. Die onderverdeling hielp me om mijn gevoelens te benoemen. Elke avond gaf ik de dag een kleur op basis van dit emotiewiel, en dan kon de dag meer kleuren hebben: oranje/paars/blauw als ik in de ochtend onzeker was, daarna stom en later weer nadenkend. In de loop van de maanden werd ik meer vertrouwd met het benoemen van mijn gevoel.

Inmiddels had ik geconcludeerd en geaccepteerd dat de baan als auditor niet bij mij paste en was ik met behulp van een re-integratiebureau op zoek naar iets anders, ik had tenslotte een dijk van een CV. Na twee jaar ongeduldig zoeken dacht ik mijn droombaan gevonden te hebben, al mijn vorige werkervaringen kwamen hier samen. De positieve gevoelens namen de overhand, ik was opgewonden, energiek, trots, optimistisch en ik voelde me gerespecteerd, de moeite waard, belangrijk etc. En vooral super enthousiast, dit ging lukken, ik ging er helemaal voor.

Deze baan als adviseur bleek al snel een management functie te zijn (praten, vergaderen, aansturen en overleggen). Alle waarschuwingssignalen van mijn lijf negerend stoomde ik door in het vertrouwen dat ik de rest van mijn werkzame leven bij dit fantastische bedrijf met die leuke collega’s zou werken. Negen maanden later zat ik letterlijk stijf van stress thuis met, jawel, een depressie. Het jaarcontract werd de UWV, en de ziektewet.

Na anderhalf jaar in de ziektewet raakte ik nog steeds in paniek bij de gedachte om weer te gaan werken. Als ik dacht aan mijn laatste banen werd ik zo verdrietig. Steeds dat afscheid nemen omdat ik ziek werd.

En nu ben ik 55 en heb de afgelopen 3 maanden EMDR therapie gevolgd. Ik had veel herinneringen met negatieve emoties en die zijn weg gepiept, getikt en gezwiept. Wegens corona zit de therapeute op afstand en zwiept een aanwijsstok met rode punt voor mijn ogen heen en weer. De EMDR heeft gewerkt, ik kan zonder overweldigd te worden aan mijn vorige banen denken, hoe leuk het daar was. Ik sta ook weer positiever naar de toekomst. Nu ben ik ankers van positieve emoties aan het maken die me gaan helpen in de toekomst.

Ik voel me blauw: dankbaar, veilig, ontspannen en tevreden

Met vallen en opstaan heb ik de afgelopen 30 jaar geleerd wat gevoelens en relaties zijn en hoe mijn lijf reageert op emoties. Wegens mijn doorzettingsvermogen, mijn betrokkenheid met mijn werk en mijn verantwoordelijkheidsgevoel ben ik regelmatig zwaar over mijn eigen grenzen gegaan. Dat mag niet meer gebeuren. Voorlopig voel ik me fijn in het hier en nu met leuke hobby’s en zowaar zonder me schuldig te voelen dat ik thuis zit (werkeloos, nutteloos). Pas als ik er klaar voor ben ga ik op zoek naar wat ik in de toekomst meer zou willen doen.

Blog | Solliciteren met autisme

Als autist wil ik graag weten waar ik aan toe ben, duidelijkheid. Op het moment dat één van de Wie, Wat, Waar, Wanneer, Waarom en Hoe vragen niet beantwoord kunnen worden word ik onrustig. Zolang ik invloed heb op de vragen en antwoorden kan ik aan de slag, maar als ik afhankelijk ben van anderen…

Ik ben werkzoekend, zoals dat zo mooi heet. Na 2 jaar opkrabbelen van burn-out met depressie ben ik al een jaar met coaching aan het solliciteren. Ik heb mezelf op veel manieren onderzocht: wie ben ik, wat kan ik, hoeveel wil/kan ik werken, waarom wil ik werken en hoe ziet mijn droombaan er uit. Allemaal goed te doen en ik heb een dijk van een CV opgebouwd. Zolang je de diverse ziekteperiodes weglaat heb ik veel ervaring en zou ik alles aankunnen. Maar zelf weet ik sinds mijn diagnose ASS dat in de diverse functies taken zaten die te hoog gegrepen waren: mensen aansturen, mensen overhalen, mensen op omissies wijzen, dagelijks wisselende omgevingen en mensen ontmoeten. En dat staat wel allemaal in mijn CV.

Daarom solliciteer ik alleen op functies die ik denk aan te kunnen. Ik kreeg een positieve reactie van een adviesbureau en kon op gesprek komen in Den Haag. De twee directeuren stonden mij te woord, zeg Piet en Henk, en ze waren erg enthousiast over mijn CV. Piet leek mijn situatie te begrijpen en zag voor mij goede mogelijkheden binnen het bedrijf. Hij schetst een positie waar ik kan ondersteunen, analyseren, adviseren zonder acquisitie en onderhandeling. Aan het eind van het gesprek krijg ik de CAO en leaseregeling mee en wordt me gezegd dat ik contact kan opnemen met projectleider José in Amsterdam. Ik ben helemaal blij, het ziet er super uit.

De volgende week stuur ik een mail naar José, wanneer we zullen afspreken. Geen reactie. De onzekerheid slaat toe, heb ik het weer eens verkeerd begrepen? Wanneer kan ik weer contact opnemen? Na twee weken mail ik nog eens en krijg een kortaf mailtje terug dat ze het druk heeft en er later op terug komt. Thuis ben ik in de afwachtmodus beland en tot niets meer in staat, apathisch op de bank. Mijn brein is helemaal op hol en ik ben compleet in verwarring, ik had toch een baan aangeboden gekregen met lease auto etc.?

Na twee weken kan ik toch op gesprek komen. Voor het gesprek laad ik me helemaal op met positieve verwachtingen terwijl ik het eigenlijk al helemaal niet meer zie zitten. José is vriendelijk en legt uit dat Piet altijd overenthousiast reageert maar zich niet realiseert hoe het er op de werkvloer aan toe gaat. Ze heeft een adviseur nodig met goede communicatieve eigenschappen die klanten binnen kan halen en kan onderhandelen over contracten etc. Nee, dat is écht niets voor mij.

Thuis ben ik kwaad op mezelf dat ik dacht een baan te hebben, hoe kon ik zo stom zijn. Ik heb niet doorzien dat Piet zomaar wat zei, ik voel me belazerd. Een paar dagen later ben ik weer bijgetrokken, krijg alles weer op een rijtje en concludeer dat ik heb geleerd dat directeuren niet altijd weten wat er op de werkvloer speelt.

Ik vind weer een nieuwe vacature waar ik op kan solliciteren en voel het enthousiasme weer groeien. Nieuwe ronde nieuwe kansen.