Na mijn ASS diagnose begin 2015 kreeg ik samen mijn man psycho-educatie, begeleid door klinisch psycholoog ML. We onderzochten in vijf sessies wat Autisme Spectrum Stoornis (ASS) voor mij inhoud.
Sessie 1: Centrale coherentie
Ik ben gediagnosticeerd met Hoog functionerend Klassiek Autisme (DMS IV) of Autisme Spectrum Stoornis (ASS; DMS V) en depressie met als zijdiagnose migraine en RSI. Allemaal mooie termen maar wat houdt mijn ASS nou precies in?
Mijn autisme kenmerkt zich o.a. in: creativiteit, afspraken nakomen, zeer geconcentreerd werken, de tijd vergeten, gedetailleerd werken, oog voor kleur en compositie, sterke zintuiglijke waarneming, geen fouten willen maken, faalangst, moeite met mensen aanspreken of bellen, ongeduldig: als ik iets heb bedacht moet het meteen uitgevoerd worden, bij vreemden geen emotie tonen.
ML legt eerst Centrale Coherentie uit aan de hand van brainblocks. Brainblocks uitleg op youtube. Bij autisme is de informatieverwerking anders. Alle binnenkomende informatie wordt in het Autistisch brein separaat opgeslagen en niet in verband met andere informatie. Daardoor kunnen hoofd- en bijzaken slecht scheiden worden en kan niet snel geschakeld worden tussen onderwerpen.
Dit is wat er in mijn brein gebeurt tijdens bijvoorbeeld een gesprek in een café: Als ik in gesprek ben met Jasper focus ik me helemaal op hem om het gesprek te kunnen voeren: ik luister aandachtig, ik kijk naar zijn mond (liplezen ter aanvulling van het geluid) en sluit alle andere zintuigen af om niet afgeleid te worden. Het gaat bijvoorbeeld over de vakantie. Dan komt de ober langs en vraagt wat we willen drinken. Mijn aandacht moet opeens naar iets anders toe en mijn moeizaam opgebouwde vakantiegesprek valt uit elkaar. Het duurt even voor ik kan reageren want nu moet het vakje communicatie met een vreemde open én het vakje waar heb ik trek in én het vakje de menukaart lezen én eventueel overleggen met Jasper én ik moet een besluit nemen. Als de bestelling is gedaan is het een puinhoop in mijn hoofd en moet ik eerst even opruimen. Als alle vakjes weer dicht zijn is mijn hoofd leeg en weet ik niet meer dat we het over de vakantie hadden.
Ja, dat is heel herkenbaar voor mij! Ik zei voor de diagnose wel eens dat ik eigenlijk geen vrouw ben want ik kan geen twee dingen tegelijkertijd. Terugkijkend herken ik door mijn hele leven problemen met Centrale Coherentie:
Op de middelbare school dacht ik dat ik dom was, ik kon nooit meepraten met anderen. Tegen de tijd dat ik had bedacht wat ik wilde zeggen ging het alweer over iets anders: “Spuit 11 geeft blubber”, “Mosterd na de maaltijd”. Dat was niet bevorderlijk voor mijn zelfvertrouwen en op den duur hield ik mijn mond maar. Mits er iets werd gezegd waar ik het écht niet mee eens was, dan werd ik kwaad en ging slaan of huilen want mondeling verweer ging niet: “Je zit op de kast”. Tja, dan ben je snel het pispaaltje. Ik heb mezelf ook aangeleerd zo min mogelijk over mezelf te vertellen want dat zal altijd tegen je gebruikt worden.
Later toen ik werkte kon ik me inmiddels helemaal afsluiten van mijn omgeving en opgaan in mijn taak. Als onderzoeksmedewerker kon ik zeer secuur en gedetailleerd werken. Als iemand dan iets vroeg kon ik nogal afwezig reageren en vaak wist ik dan achteraf niet meer wat was gezegd. Of ik stelde me wel open en ging de ander helpen en wist vervolgens niet meer waar ik ook weer mee bezig was. De communicatie met de onderzoeker ging over het onderzoek, punt. Heerlijk inhoudelijk en taakgericht.
Ik maakte carrière en belandde in een functie waarbij ik bedrijven inspecteerde. Zolang ik de regie van het gesprek had en inhoudelijk kon discussiëren ging het goed. Maar als mijn gesprekspartner een vlotte prater was (en dat zijn managers en directeuren over het algemeen wel) raakte ik steeds de draad van het gesprek kwijt. Ik had moeite met de grote lijn in de gaten houden en verzandde in details en daarmee in tijdnood. De zakenlunch was voor mij geen rustpunt maar dodelijk vermoeiend want de koetjes en kalfjes vliegen om je oren en ik kon niet adequaat reageren. De truc die ik me aanleerde was zelf een onderwerp aankaarten, dan kon ik tenminste meepraten. Zo worstelde ik me door de sociale gelegenheden. Ik raakte gefrustreerd omdat ik niet begreep waarom ik de inspecties maar niet in de vingers kreeg. Daarnaast was het schrijven van rapporten ook lastig (hoofd- en bijzaken scheiden). Dit verhaal eindigde na 6 jaar worstelen in 2014 met een burn-out met depressie. Doorzettingsvermogen en plichtsbesef zijn overduidelijk ook twee van mijn ASS kwaliteiten.
Door bovenstaande problemen met Centrale Coherentie te herkennen, te erkennen en te accepteren, gun ik mezelf nu de tijd om te schakelen. Voor mij is het belangrijkste van sessie 1 geweest dat ik begrijp waarom ik niet snel kan reageren. Dat geeft rust en ik heb mezelf aangeleerd om te vragen of ik ergens later op terug mag komen.